Ingrediënten:
300 gram pattison ( zonder zaden)
75 gram walnoten
1 1/2 eetl. Olijfolie
1/4 theel. Sesamolie
50 gram Banaan
60 gram Amandelmeel
2 eetl. Kokosmeel
1 snufje Zout
25 gram Pure chocolade
1 stukje Limoenschil
Handje Muntblaadjes
Bereiding:
- Snij pattison in stukjes en kook 10 min. in water (ze moeten zacht zijn).
- Giet af en laat uitlekken in een schone theedoek in een zeef boven een kom.
- Laat de pattison afkoelen.
- Maal de walnoten fijn in de keukenmachine.
- Voeg olijf- en sesamolie, het zout, de banaan en het amandel- en kokosmeel toe.
- Meng kort.
- Knijp zoveel mogelijk vocht uit de pattison, schud uit de handdoek en dep nogmaals droog (er blijft ongeveer 90-100 gram pattison over).
- Voeg bij mengsel in keukenmachine en meng tot deegbal.
- Haal er een theelepel uit, is dit tot balletje te vormen dan is het goed.
- Zo niet, voeg dan 1/2 theelepel kokosmeel toe en probeer opnieuw tot het goed is.
- Schep er hoopjes van 10 gram uit en rol hier balletjes van.
- Plet deze een beetje tot ze op een vliegende schotel lijken.
- Laat ze 1 uur opstijven in de koelkast.
- Snij de limoenschil in reepjes (dit worden de steeltjes) overgiet deze met kokend water en laat half uurtje staan, giet dan af.
- Hak de pure chocolade tot gruis (dit is de aarde).
- Maak met satéprikker streepjes langs de zijkant van de pattison/pompoentjes.
- Prik een klein gaatje bovenin en steek een reepje limoenschil erin (dit is het steeltje).
- Strooi chocogruis op een bord leg de pattison erop en bedek met de muntblaadjes.